
Aswoensdag 22 februari: Joël 2: 12-17
Nu dan – spreekt de HEER –, keer terug tot Mij met heel je hart, door te vasten, te treuren en te rouwen. Niet je kleren moet je scheuren, maar je hart. Keer terug tot de HEER, jullie God, want Hij is genadig en liefdevol, geduldig en trouw, en bereid het onheil af te wenden. Misschien verandert Hij van gedachten, ziet Hij af van zijn voornemen en laat Hij een spoor van zegen achter, zodat jullie weer graan en wijn kunnen offeren aan de HEER, jullie God.
Blaas de ramshoorn op de Sion,
kondig een vastentijd af
en roep op tot een plechtige samenkomst.
Breng het volk bijeen,
laat heel Israël zich reinigen.
Breng de oude mensen tezamen,
verzamel de kinderen, ook de kleintjes aan de borst.
Laat de bruidegom opstaan van het bruidsbed,
laat de bruid het slaapvertrek verlaten.
Priesters, dienaren van de HEER,
hef een smeekbede aan in de tempel,
tussen altaar en voorhal:
‘Ach HEER, spaar uw volk, uw eigendom,
geef het niet prijs aan spot en hoon van andere volken.
Waarom zouden zij mogen zeggen:
“En waar is nu hun God?”’
(NBV21)